Wanneer de inspecteur stelt dat een BV een uitdeling van winst heeft gedaan aan haar aandeelhouder, zal de inspecteur dit moeten bewijzen.
In een procedure voor Hof Den Bosch ging het om een bedrag aan Duitse Mehrwertsteuer (btw) dat niet door de BV aan de Duitse leverancier zou zijn betaald en wel als inkoopkosten was geboekt in de administratie. Volgens de inspecteur had de BV dit bedrag aan de aandeelhouder laten toekomen. Als bewijs voor zijn stelling voerde de inspecteur een Duitse factuur aan waarop geen btw vermeld stond. In de administratie van de BV was geen kopie van deze factuur aanwezig, maar wel een formulier waarop stond dat de BV het factuurbedrag inclusief btw contant had betaald. Volgens het hof voldeed de inspecteur niet aan de op hem rustende bewijslast voor het bestaan van een uitdeling. Het hof vernietigde de opgelegde navorderingsaanslag.