Over de kwalificatie van een samenstel van diensten in de omzetbelasting als een of als meerdere diensten heeft het Hof van Justitie EG in 1999 een arrest gewezen waarnaar nog steeds wordt teruggegrepen. Het belang van de kwalificatie
is gelegen in de tarieftoepassing.
Hof Den Bosch merkte onder verwijzing naar het arrest van het Hof van Justitie EG het aanbieden van een koffietafel ter gelegenheid van een crematie aan als een bijkomende dienst bij de hoofddienst. De crematie vormde de (vrijgestelde) hoofddienst.
De Hoge Raad oordeelde anders. Wanneer een ondernemer verschillende diensten tegen afzonderlijke vergoedingen aanbiedt, moet iedere dienst normaal gesproken als een afzonderlijke en zelfstandige dienst worden beschouwd. Dit is anders wanneer een van deze diensten geen zelfstandig karakter heeft. De door de exploitant van het crematorium aangeboden dienst van het verzorgen van een koffietafel was optioneel. Deze dienst was niet zodanig verbonden met de crematie dat er voor de heffing van omzetbelasting sprake was van één dienst. Het tegen vergoeding verzorgen van een koffietafel is een horecadienst en niet een dienst die door een lijkbezorger als zodanig wordt verricht. De vrijstelling van omzetbelasting die geldt voor crematies gold daarom niet voor de koffietafel.