Herziening van uitspraken van de rechter is alleen onder bijzondere omstandigheden mogelijk. Er moeten feiten en omstandigheden aan het licht komen die zich hebben voorgedaan voor het moment waarop de rechter uitspraak deed, maar die ten tijde van de uitspraak niet bekend waren bij de rechter.
Aan een persoon werden naheffingsaanslagen opgelegd die verband hielden met de exploitatie van een illegaal casino. De persoon in kwestie bestreed dat hij de exploitant van het casino was en wees iemand anders aan als de exploitant. Hof den Haag vond niettemin aannemelijk dat eerstgenoemde persoon gedurende het tijdvak van naheffing het casino exploiteerde. Diens stelling dat een ander de exploitant van het casino was, vond volgens het hof nergens voldoende steun. De Hoge Raad verwierp het beroep in cassatie tegen de uitspraken van het hof. De belanghebbende verzocht het hof om herziening van de eerdere uitspraken vanwege getuigenverklaringen die in een later tegen hem gevoerd strafproces waren gedaan. Uit deze verklaringen bleek wie de exploitant van het casino was. Het hof wees het verzoek om herziening af omdat de getuigenverklaringen na de hofuitspraken van 1998 werden afgelegd en er geen sprake was van feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan voordat het hof die uitspraken had gedaan.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie tegen de afwijzing van het verzoek om herziening gegrond verklaard. De enkele omstandigheid dat de verklaringen na de uitspraken van 1998 zijn afgelegd sluit niet uit dat zij betrekking hebben op feiten en omstandigheden die hebben plaatsgevonden vóór die uitspraken en dus dienst kunnen doen ter vaststelling van een feit dat herziening mogelijk maakt.
Ook het oordeel van het hof dat de verklaringen die zijn afgelegd door bekenden van de belanghebbende geen feiten en omstandigheden konden bevatten die aan de belanghebbende redelijkerwijs niet bekend konden zijn vóór de uitspraken van 1998 was niet juist. De enkele omstandigheid dat de desbetreffende personen belanghebbende indertijd bekend waren sluit de mogelijkheid niet uit dat belanghebbende toen nog niet bekend was en evenmin bekend kon zijn met hun waarnemingen. Hof Amsterdam moet het verzoek tot herziening nu beoordelen.