In een procedure stelde iemand zich op het standpunt dat hij een bezwaarschrift had ingediend tegen de hem opgelegde aanslag inkomstenbelasting voor het jaar 2002. In dat bezwaarschrift zou hij hebben verzocht om uitstel van betaling. De ontvanger verleende geen uitstel van betaling omdat hij niet op de hoogte was van het bestaan van een bezwaarschrift. Dat had tot het versturen van een aanmaning en het uitvaardigen van een dwangbevel wegens het uitblijven van betaling tot gevolg. De ontvanger stelde zich op het standpunt dat de inspecteur het bezwaarschrift niet had ontvangen.
De belanghebbende moest aannemelijk maken dat hij tijdig bezwaar tegen de aanslag had gemaakt. Het postboek van zijn gemachtigde bevatte een aantekening die verwees naar de verzending van een bezwaarschrift van de belanghebbende op 5 april 2006. Anders dan de rechtbank vond Hof Amsterdam dat deze aantekening het tijdig indienen van een bezwaarschrift niet aannemelijk maakte. Hof Amsterdam was van oordeel dat de ontvanger terecht kosten van invordering in rekening had gebracht.