Een ondernemer die niet in staat is om de verschuldigde loon- en omzetbelasting te betalen is verplicht dat te melden bij de belastingdienst om aansprakelijkheid te voorkomen. Volgens een arrest van de Hoge Raad heeft de ondernemer slechts de keuze tussen tijdig betalen en melden dat hij niet tot betalen in staat is. Wanneer er al een naheffingsaanslag is opgelegd kan niet meer rechtsgeldig een melding van betalingsonmacht worden gedaan. De meldingsplicht vervalt wanneer de belastingdienst op het moment waarop de belasting moet worden betaald al weet dat een belastingschuldige niet in staat is om te betalen.

Hof Den Haag vernietigde de aansprakelijkstelling van de bestuurder van een BV omdat de belastingdienst al op de hoogte was van de betalingsproblemen van de BV. Vanaf 2004 werden de loon- en omzetbelasting nooit tijdig betaald. De aansprakelijkstelling had betrekking op omzetbelasting en loonbelasting uit de jaren 2006 en 2007. In 2006 was er regelmatig contact geweest tussen de BV en de belastingdeurwaarder en twee medewerkers van de belastingdienst over de betalingsproblemen van de BV. Er was door de kennis die de belastingdienst had van de betalingsproblemen geen aansprakelijkheid wegens niet of te laat melden van de betalingsonmacht. De aansprakelijkheid van de bestuurder kon dan alleen nog gebaseerd worden op kennelijk onbehoorlijk bestuur. De belastingdienst slaagde er niet in om aannemelijk te maken dat het niet betalen van de belastingschuld te wijten was aan kennelijk onbehoorlijk bestuur.