Het voorstel om de Successiewet te wijzigen is door de Tweede Kamer aangenomen en nu in behandeling bij de Eerste Kamer. In een brief aan de Eerste Kamer heeft de staatssecretaris van Financiën een overzicht gegeven van de wijzigingen
ten opzichte van het oorspronkelijke voorstel. Het wetsvoorstel is gevolgd door drie nota’s van wijziging.
De eerste nota van wijziging
Het partnerbegrip wordt als volgt aangepast. Echtgenoten die van tafel en bed gescheiden zijn, worden aangemerkt als ongehuwd. Ongehuwd samenwonenden zonder samenlevingscontract krijgen een half jaar de tijd om alsnog een contract te sluiten.
De rente op overbedelingsschulden is gemaximeerd op 6%. Een hogere rente leidt tot uitholling van het vermogen van de overbedeelde erfgenaam en dus tot het ontgaan van erfbelasting bij diens overlijden.
De voorschriften voor de waardering van verhuurde woningen zijn gelijk aan die voor box 3 in de inkomstenbelasting.
De bedrijfsopvolgingsregeling geldt ook voor verkrijgingen van fictief aanmerkelijk belanghouders.
De integriteitseisen voor de ANBI zijn in de wet opgenomen.
In de regeling van het afgezonderd particulier vermogen is het begrip erfgenamen uitgebreid en is een tegenbewijsregeling opgenomen.
De tweede nota van wijziging
Legaten tegen schuldig gebleven inbreng en de uitoefening van bloot-eigendomswilsrechten leiden niet tot latere toepassing van de fictiebepaling van artikel 10.
De bedrijfsopvolgingsregeling geldt ook voor verwaterde aanmerkelijkbelangpakketten.
Er is overgangsrecht opgenomen voor bestaande schuldigerkenningen uit vrijgevigheid met een lagere rente dan 6% voor zover die lagere rente destijds zakelijk was.
De derde nota van wijziging
Duidelijk is gemaakt dat een van de fictiebepalingen van toepassing is op een bepaalde variant van een ik-opa lastbevoordeling. Deze bepaling is bij amendement aangevuld.
Plenaire behandeling Tweede Kamer
Tijdens de plenaire behandeling van het wetsvoorstel heeft de Tweede Kamer tien amendementen aangenomen. Deze zijn in dit overzicht niet opgenomen.