Bij de invoering van het nieuwe belastingverdrag met België is de in het oude verdrag opgenomen grensarbeidersregeling vervallen. Grensarbeiders zijn mensen die in het ene verdragsland wonen en in het andere werken. Tot 1 januari 2003 werd de in België door een inwoner van Nederland verdiende beloning uitsluitend in Nederland belast. Sinds die datum wordt deze beloning ook in België belast. Het tarief van de personenbelasting is hoger dan het tarief van de Nederlandse inkomstenbelasting. Nederland verleent een compensatie.
Als blijkt dat de compensatie tot een te hoog bedrag is verleend omdat België een teruggave van belasting verleent, heeft Nederland de bevoegdheid om dat te corrigeren door het opleggen van een navorderingsaanslag. De Belgische bedrijfsvoorheffing wordt voor dat doel aangemerkt als een Nederlandse loonbelasting. Op die manier wordt bereikt dat een grensarbeider gelijk wordt behandeld als zijn buurman die in Nederland werkt en van wie de voorheffingen onjuist zijn verrekend. Dat geldt ook als in Nederland een compensatie wordt verstrekt op basis van de in België ingehouden bedrijfsvoorheffing die geen rekening houdt met tegemoetkomingen in de persoonlijke sfeer, zoals hypotheekrenteaftrek en dergelijke. Wanneer de grensarbeider vervolgens bij de aanslagregeling in de personenbelasting een bedrag aan belasting terugkrijgt is minder compensatie nodig en mag de inspecteur navorderen. De inspecteur is ook bevoegd om na te vorderen wanneer hij de definitieve aanslag IB/PVV heeft opgelegd in de wetenschap dat de Belgische heffingen nog niet definitief zijn vastgesteld en naderhand blijkt dat bij de definitieve Nederlandse aanslag een te groot bedrag aan Belgische heffingen is verrekend.
