De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in een brief aan de Tweede Kamer een toelichting gegeven op het kabinetsvoornemen om drie fiscale kindregelingen af te schaffen. Het gaat om de ouderschapsverlofkorting, de aftrek levensonderhoud kinderen en de kindertoeslag.
De ouderschapsverlofkorting is in de plaats gekomen van de afdrachtvermindering betaald ouderschapsverlof. De regeling is ingewikkeld. De regeling heeft als voorwaarde dat er inkomensverlies moet zijn. Dat leidt er toe dat veel mensen die ouderschapsverlof opnemen de korting niet of slechts gedeeltelijk ontvangen. De regeling is ook niet effectief, aangezien de opname van verlof door mannen amper is toegenomen na de invoering van de regeling en de verdeling van zorgtaken tussen mannen en vrouwen niet is gewijzigd.
Voor de combinatie van zorg en werk is flexibiliteit in het arbeidspatroon belangrijker dan verlof. Het kabinet wil de opbrengst van het afschaffen van de ouderschapsverlofkorting investeren in de combinatiekorting.
Ouders die kosten maken voor kinderen, waarvoor zij geen kinderbijslag ontvangen en die zelf geen recht hebben op studiefinanciering, hebben onder omstandigheden recht op aftrek van de kosten van levensonderhoud.
In het Regeerakkoord is al een beperking voorgesteld tot kinderen jonger dan 21 jaar. De regeling leidt tot een bevoordeling van gescheiden ouders ten opzichte van samenwonende ouders. Het kabinet meent dat er geen reden is voor deze extra compensatie van gescheiden ouders en schaft daarom de aftrek af.
De kindertoeslag in box 3 is bedoeld om rekening te houden met het draagkrachtverminderende effect van het hebben van kinderen. Het voordeel bedraagt maximaal € 33 per kind per jaar. Dat staat niet in verhouding tot de administratieve lasten van de regeling. Daarom wil het kabinet ook deze regeling afschaffen.
De minister gaat verder in op de mogelijkheid om de werkgeversbijdrage in de kinderopvang te verhogen naar 33%. Werkgevers betalen een opslag op de sectorfondspremie (Wgf-premie) en op de premie voor het uitvoeringsfonds voor de overheid (Ufo-premie). De bijdrage van de werkgevers is momenteel 21% van de kosten voor kinderopvang. Verhoging van de opslag om werkgevers in 2012 33% van de kosten te laten financieren betekent een lastenverzwaring van € 420 mln. Deze lastenverzwaring wordt alleen doorgevoerd als er een lastenverlichting tegenover staat.


